“Mijn moederschap is mij ontnomen, het ergste wat er is”
Beeld: Violet Poniatowski
Slachtoffer toeslagenaffaire richt stichting op om uit huis geplaatste kinderen en hun ouders te helpen
Violet Poniatowski (48) raakte gedupeerd door de toeslagenaffaire. Haar twee zoons werden uit huis geplaatst. Ze nam twee banen om de schulden af te betalen. Uitgeput door een ernstige depressie stond ze op een brug, klaar om te springen — hét omslagpunt in haar leven. Nu zet ze zich met haar stichting ‘Hart tot Hart’ in voor lotgenoten.
Het is 2005 als Poniatowski scheidt van haar gewelddadige ex-partner. Ze hoopt op een nieuwe kans, in een andere woning. Maar de schulden uit haar vorige relatie komen op haar bordje terecht, net als de zorg voor haar twee zonen, inmiddels 26 en 29 jaar. Ze komt in de schuldsanering terecht, wat betekent dat ze ruim drie jaar lang heel weinig te besteden heeft.
In 2009 wordt de schuldsanering beëindigd. “Ik was hartstikke blij dat ik met een schone lei kon beginnen”, vertelt Poniatowski. Maar de opluchting is van korte duur: in de zomer van 2009 begint het blauwe enveloppen te regenen. De belastingdienst vordert onder meer kinderopvangtoeslag en kindgebonden budget, die ze ten onrechte zou hebben ontvangen.
Poniatowski begrijpt er niets van. “Ik stond nog steeds onder bewind, en de bewindvoerder betaalde de kinderopvangtoeslag. Uiteindelijk waren mijn kinderen niet meer welkom bij de kinderopvang, omdat de rekeningen niet meer werden betaald.” Ze belt meerdere keren met de Belastingdienst en klopt voor advies en hulp aan bij het Juridisch Loket, waar ze meteen wordt weggestuurd. “Al voordat ik mijn verhaal kon doen, werd ik het pand uit gestuurd. Later kwam ik erachter dat ik op een zwarte lijst stond, een fraudeurslijst – overheidssystemen zijn namelijk allemaal gekoppeld. Daardoor had ik geen recht op hulp.”
Het dieptepunt komt als ze vlak voor kerst een brief ontvangt: ze moet binnen twee weken 10.000 euro overmaken naar de Belastingdienst. Waar ze ook aanklopt, hulp blijft uit. Ze werkt fulltime bij de gemeente en neemt schoonmaakwerk aan, terwijl een buurvrouw op haar kinderen past. “De armoede sloeg toe”, vertelt ze. Haar kinderen worden gepest en buitengesloten op school, omdat er geen geld is voor traktaties of cadeautjes. School doet zorgmeldingen. Voor ze het weet, staan jeugdzorgmedewerkers op de stoep.
“Toen is het heel snel gegaan”, blikt Poniatowski terug. “Ik hoopte dat iemand mijn papieren zou bekijken. Maar alles werd tegen mij gebruikt. Mijn kinderen zijn uit huis geplaatst. Ik zou niet voor ze kunnen zorgen, vanwege de armoede thuis.” Dat gebeurt — anders dan wat normaal gesproken de gang van zaken is — zonder ondertoezichtstelling (OTS). Haar zoons, die dan 13 en 14 jaar zijn, worden niet alleen gescheiden van hun moeder, maar ook van elkaar. Ze worden in verschillende instellingen geplaatst.
Haar jongste zoon trekt het niet: hij loopt weg , terug naar huis. Poniatowski is zichtbaar emotioneel als ze daarover vertelt. Haar zoon raakte diep getraumatiseerd door het verblijf in gesloten instellingen. “Omdat hij van huis was weggelopen, werd hij in steeds strengere en meer gesloten instellingen opgesloten. Hij zou een gevaar voor zichzelf zijn, werd er gezegd.”
Uiteindelijk belandt hij in de beruchte jeugdzorginstelling Horizon, die onder vuur kwam te liggen dankzij klokkenluider en ervaringsdeskundige Jason Bhugwandass, boegbeeld van de misstanden in de gesloten jeugdzorg. Kinderen worden daar onderworpen aan excessief geweld, zoals schoppen, slaan en bij de keel grijpen. Horizon staat, dankzij de inspanningen van Bhugwandass, inmiddels onder toezicht van de inspectie.
Ook Violets zoon wordt het slachtoffer van ernstige mishandeling door jeugdzorgmedewerkers van Horizon. “Hij kwam thuis met striemen in zijn nek. Ze hadden hem in een nekklem gezet, omdat hij isolatie weigerde.” Als hij nogmaals naar huis vlucht, wordt hij door een arrestatieteam opgehaald. “Hij werd in de boeien geslagen en afgevoerd als een crimineel. Die beelden vergeet ik nooit meer”, zegt ze, met tranen in haar ogen.
Intussen vertellen medewerkers van de instelling haar zoons dat zij niet gewenst zijn door hun moeder. Poniatowski mist haar kinderen intens, het is ondraaglijk. “Mijn moederschap is me ontnomen, het ergste wat er is.” Ze raakt zo wanhopig dat ze haar leven wil beëindigen. “Ik stond op een brug, klaar om te springen. Tot ik mijn oma’s stem hoorde: ‘Als je springt, laat je je kinderen achter’.” Dat moment verandert alles. Ze kiest ervoor te vechten voor haar kinderen.
Ze blijft jarenlang vechten, met twee banen, zonder geld om ook maar een treinkaartje te betalen. Muziek blijkt een uitlaatklep voor haar gevoelens, ze draait als DJ in clubs. Op hun 18e komen haar kinderen vrij uit jeugdzorg, diep beschadigd. Haar jongste zoon woont eerst thuis, maar kan niet wennen aan de vrijheid. Hij leidt vier jaar een zwervend bestaan. Het contact met haar oudste zoon is pas de laatste jaren hersteld. “Ik heb zoveel van hun jeugd moeten missen. En zij ook. Het zijn verloren jaren.”
In 2020 krijgt Poniatowski erkenning als toeslagenouder. Ze volgt een intensief, kortdurend traumatraject van een week, vanwege ernstige PTSS-klachten, zoals hevige nachtmerries en flahsbacks. Ze ontwikkelt zichzelf door het lezen van zelfhulpboeken en wandelt veel, kilometerslang. De omslag die zij heeft gemaakt in haar leven, gunt zij andere gedupeerden ook. In juni vorig jaar richt zij, samen met haar partner, de stichting Hart tot Hart op. Geen traditionele hulporganisatie, maar een warme gemeenschap voor lotgenoten, gebaseerd op gelijkwaardigheid, vertrouwen en menselijkheid. “Wij werken niet van systeem naar dossier, maar van hart tot hart.” Elke maand zijn er bijeenkomsten: boksen, yoga, zang, djembé, klankschalen, creatieve workshops. Ook zijn er coaches en ervaringsdeskundigen. “Ouders voelen in het begin veel schaamte en schuld”, vertelt Poniatowski. “Maar na verloop van tijd bloeien ze op. Eén moeder geeft nu zelf creatieve workshops. We vieren elke stap. Groot of klein.”
Voor jongeren zijn er zesweekse trajecten die een opstap bieden naar coaching, werk of opleiding. In het najaar is er een retraite op Ibiza om wat afstand te kunnen nemen. “Velen zijn beschadigd door gesloten jeugdzorg. Zij vertrouwen geen instanties meer en durven geen hulp te zoeken.” Sommigen kampen met suïcidale gedachtes. “Wij bieden geen hulp, maar ondersteuning. Niets is verplicht. Wij stimuleren zelf in actie te komen, stappen te ondernemen. En juist daardoor zie je ze groeien.” De stichting werkt met een netwerk van vrijwillige coaches, trainers, therapeuten en ervaringsdeskundigen. “Wij geloven niet in redden, maar in begeleiden. Dankzij de therapie ben ik uit de slachtofferrol gestapt. Ik heb gezien wat een kort, intensief traject kan doen. Jongeren durven weer te dromen, ze ondernemen actie, hervinden hun plek in de samenleving. Dat is duurzame impact.”
Het aantal kinderen dat uit huis is geplaatst als gevolg van de toeslagenaffaire ligt mogelijk veel hoger dan werd aangenomen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldde na een eerste schatting dat het om 2090 kinderen zou gaan, maar het nieuwste rapport van de Commissie Toeslagen en Uithuisplaatsingen (CTU) laat zien dat het werkelijke aantal op minstens 3532 kinderen ligt. De commissie vermoedt dat het werkelijke aantal nóg veel hoger ligt.
Zo baseerde het CBS zich op rechterlijke machtigingen en liet duizenden andere kinderen buiten beschouwing die ‘vrijwillig’ uit huis werden geplaatst onder druk van instanties. Ook wilde het CBS bepaalde informatie niet leveren ten behoeve van het onderzoek van de CTU, bijvoorbeeld over de achtergrond van de toeslagenouders.
De impact van de uithuisplaatsingen op kinderen is volgens het rapport verwoestend. Veel van hen begrepen niet waarom ze uit huis werden gehaald, en gaven zichzelf de schuld. “De pijn is dagelijks voelbaar”, aldus Mariëtte Hamer, voorzitter van de CTU. “De relaties met ouders zijn vaak niet hersteld. Kinderen voelen zich schuldig en onveilig.”
Het rapport beschrijft hoe hulpverleners en jeugdzorg ouders in een kwaad daglicht zouden hebben gezet, wat leidde tot een verkeerd beeld bij rechters. Dat beeld werd versterkt door veroordelende taal in rapporten van de Raad voor de Kinderbescherming.
Naast foute beeldvorming wijst het rapport ook op structurele tekortkomingen binnen jeugdzorg. Er werd zelden een grondige analyse gemaakt van de gezinsproblematiek.
De CTU pleit voor officiële erkenning van uit huis geplaatste kinderen als gedupeerden van de toeslagenaffaire. Ook adviseert zij een speciaal fonds op te richten — aanvullend op de huidige kindregeling — waarmee praktische hulp snel beschikbaar is, zonder bureaucratische drempels.