Nieuws Geo-politiek

Massa-immigratie: Product van globalisering en agressieve economische politiek

massa-immigratie
5 april 2019: honderden migranten en vluchtelingen verzamelen zich buiten een vluchtelingenkamp in Diavata, ­Thessaloniki, Griekenland | Fotografie: Vverve
💨

gevolgen voor de landen van herkomst zijn verwoestend​
gevolgen voor de landen van herkomst zijn verwoestend
Datum: 8 februari 2023
Geo-politiek

Hannes Hofbauer Vertaling Romy van Stigt


Migranten worden vooral door linkse partijen verwelkomd en geholpen. Maar achter de massamigratie gaat een andere werkelijkheid schuil. Globalisme, westerse oorlogszucht en de agressieve economische politiek van de EU hebben een verwoestend effect op de landen van herkomst en jagen miljoenen mensen op de vlucht. De westerse elite profiteert terwijl de lagere bevolkingsgroepen tegen elkaar worden uitgespeeld, schrijft Hannes Hofbauer, auteur van ‘Kritik der Migration. Wer profitiert und wer verliert’.

Migratie wordt door alle politieke kleuren anders gezien en beoordeeld. De rechterkant van het politieke spectrum maakt de immigrant vaak tot oorzaak van de problemen in de samenleving. De progressief-groene partijen gebruiken de migrant als object van hun helperssyndroom en willen de minder leuke gevolgen van migratie niet onder ogen zien. Investeerders in de industrie- en servicebranche zijn vanuit praktisch oogpunt voorstander van migratie, omdat het voor een constante beweging van goedkope arbeidskrachten en daarmee voor druk op de arbeidsmarkt zorgt. De weinige overgebleven linksradicalen zien in de onaangepaste migrant een nieuw revolutionair subject. En dan zijn er nog de sociaaldemocraten van de oude stempel: zij zien de negatieve gevolgen van massamigratie voor de doellanden wel, maar durven het hier niet over te hebben om maar niet als rechts te worden gezien.

VN-Migratiepact: “Migratie bron van welvaart”

Marx schreef in de tweede helft van de 19e eeuw al dat migratie “polariserend” werkte en “in dienst stond van het kapitaal”. Marx sprak van “gedwongen immigratie”. Dit is vandaag de dag in principe nog steeds aan de hand. De oorzaken waarom miljoenen mensen vanuit de economisch perifere gebieden van de wereld naar het ‘centrum’ komen, dus West-Europa en Noord-Amerika, zijn bekend – alleen gaat het er niet vaak over. Oorlog en een gebrek aan perspectief zorgen ervoor dat mensen ontworteld raken en vluchten. Een echt consequente vredes­politiek en de strijd tegen de wereldwijde ongelijkheid – die meestal ook een gevolg is van vrijhandelsverdragen – zou massamigratie de kop indrukken. Maar daar staan de belangen van de wapenindustrie en de zogenaamde “Economische Partnerschapsovereenkomsten” (EPA’s) tussen de Europese Unie en Afrikaanse staten natuurlijk haaks op.

Het VN-Migratiepact uit 2018, dat door de meeste lidstaten ondertekend werd, noemt migratie in punt 8 een “bron van welvaart, innovatie en duurzame ontwikkeling in onze geglobaliseerde wereld”. Er wordt niet genoemd of gevraagd voor wie migratie eigenlijk een bron van welvaart is en wie ervan profiteert: het pact trekt de voordelen van globalisering totaal niet in twijfel. Dat geeft een cynische bijsmaak ten aanzien van de miljoenen mensen die hun thuisland hebben moeten verlaten. De ongelijkheid die ten grondslag ligt aan massamigratie zal uiteindelijk niet opgelost worden door constante bewegingen van mensen, maar alleen door het ­creëren van perspectieven in de ‘perifere’ gebieden van de wereld. Dat betekent dat lokale, kleinschalige en op zelfvoorziening gerichte economieën voorrang zouden moeten krijgen boven grootschalige concepten: regionaal boven nationaal en nationaal boven globaal.

Op dit moment is het tegendeel de realiteit als we kijken naar de meer dan 30 partnerschapsovereenkomsten (EPA’s) die de EU sinds het midden van de jaren 2010 met Afrikaanse en Caribische landen heeft afgesloten. Deze zogenaamde ‘partnerschappen’ zijn niets meer dan het resultaat van een agressieve economische strategie van Brussel voor het grootkapitaal in de EU. In de EPA’s, die eigenlijk niets meer zijn dan vrijhandelsverdragen, wordt het openen van de markten tussen de EU als supranationaal blok en Afrikaanse of Caribische landen vastgelegd. Alleen produceren landen als Burkina Faso, Mali, Ghana en de andere ‘partners’ zelf bijna niets dat op de Europese markt kan meeconcurreren. De verdragen komen dus de facto neer op het openen van de Afrikaanse en Caribische markten voor goederen uit de EU.

De gevolgen zien er dan ongeveer als volgt uit. Vóór de partnerschapsovereenkomst met de EU had de pluimveemarkt in ­Ghana een binnenlands aandeel van 95 procent: vrijwel alle kippen en eenden waren dus afkomstig van kleine Ghanese fokkers. Een aantal jaar na ondertekening van het verdrag was het binnenlands aandeel nog maar 11 procent. De vriezers in de supermarkten in Ghana zijn nu gevuld met Nederlandse of Duitse kipproducten. Het economische offensief van de EU heeft ertoe geleid dat de boeren in Ghana niet meer zelf kunnen overleven en hun werk moeten aanbieden op plantages van buitenlandse bedrijven. Vaak kwam en komt er bovenop dat een van de zonen de riskante reis door de Sahara en over de Middellandse Zee naar Europa moet afleggen. Tegen deze achtergrond is het huichelarij te noemen dat vluchtelingen van de progressieve partijen in de EU vervolgens een warm welkom krijgen. Deze partijen legitimeren hiermee niets anders dan het openen van de Afrikaanse markten voor bedrijven uit de Europese Unie.

In Oost-Europa is dezelfde trend te zien. De associatieverdragen van de Europese Unie met de voormalige sovjetrepublieken bevorderen nog zo’n economische scheefgroei, die uiteindelijk steeds tot massale emigratie leidt. Het doel van deze associatieverdragen is dan ook het openen van de markten in Oost-Europa voor bedrijven uit de EU. Oekraïne is uit elkaar gevallen als gevolg van deze westerse economische belangen. Brussel negeerde gewoon het “nee” van de toenmalige president Victor Janoekovitsj op het associatieverdrag en begon net als de regering van de VS te werken aan een regime ­change. In februari 2014 kwam het inderdaad zo ver, met alle gevolgen van dien.

De nieuwe machthebbers ondertekenden het associatieverdrag onmiddellijk en het trad in 2017 in kracht. Sindsdien profiteren westerse bedrijven van goedkope Oekraïense arbeidskrachten. Het Oekraïense minimumloon was eind 2022 het equivalent van 1,21 euro per uur. Dit trok tot februari 2022 veel investeerders naar het land en dreef omgekeerd veel jonge Oekraïners het land uit.

Migratie als machtsinstrument

Massamigratie heeft nog veel meer functies dan alleen het opvangen van de ‘juiste’ mensen. Landen als Duitsland en Nederland kennen vanaf de jaren 1950 al een grote immigratie van buitenlandse migranten, de zgn. ‘gastarbeiders’. Ook hier ging het om het blijven aanvullen van de arbeidsmarkt met goedkope arbeidskrachten. De Duitse bondskanselier Adenauer pleitte in 1955 in een brief aan zijn minister van Arbeid Anton Storch bijvoorbeeld voor een snelle invoer van Italiaanse arbeiders. Hiermee wilde hij een verkrapping van de arbeidsmarkt voorkomen: dit was immers een van de doorslaggevende argumenten van de vakbonden bij hun looneisen. Het doel dat Adenauer met migratie wilde bereiken, was dus niets anders dan een betere onderhandelingspositie in de loonpolitiek.

Voor de landen van herkomst zijn de gevolgen van migratie verwoestend. De situatie van de gezondheidszorg laat dat duidelijk zien. Tussen 2011 en 2021 verlieten rond 25.000 Roemeense artsen het land om in Italië of andere EU-landen te gaan werken. Servië verloor in deze periode 10.000 artsen aan het Westen. Natuurlijk geeft een verschil in salaris van 1:5 of zelfs 1:10 daarbij de doorslag. De situatie van het zorgsysteem in Roemenië en Servië is mede als gevolg hiervan logischerwijs catastrofaal. Tegelijkertijd profiteren landen als Nederland, Duitsland en Oostenrijk, in ieder geval voor nu, van deze ontwikkeling. 10 tot 12 procent van de hier werkzame artsen is in het buitenland opgeleid. Als we ervan uitgaan dat een artsenopleiding afhankelijk van de specialisatie tussen 200.000 en 400.000 euro kost en 10 procent van de artsen hun opleiding ergens anders hebben gedaan, spaart de overheid miljarden euro’s uit, die door Bulgarije, Servië of Roemenië betaald zijn.



Migratie heeft hoe dan ook winnaars en verliezers, natuurlijk ook op menselijk niveau. Maar op politiek-maatschappelijk niveau verliezen vooral de landen van herkomst van de migranten. Het geld dat migranten naar hun families thuis terugsturen, verandert daar niets aan, hoe vaak het in de westerse media en politiek ook als voordeel wordt genoemd. Dit geld wordt immers niet gebruikt voor de noodzakelijke investeringen in de maatschappij, maar gaat naar particulieren. Dat levert de familie misschien wel winst op, maar de maatschappij als geheel zeker niet. De kosten van het verliezen van jonge, hoogopgeleide mensen worden niet gecompenseerd door deze geldstromen, en al zeker niet omdat juist de oudere mensen achterblijven, waardoor de maatschappijen nog meer worden belast.

annes Hofbauer: Kritik der Migration. Wer profitiert und wer verliert. Wenen, Promedia Verlag 2018 (mediashop.at/buecher/kritik-der-migration-2)
TKP, Der Blog für Science and Politik, (tkp.at/2023/01/14/guter-migrant-schlechter-migrant)


 
Wil je meer weten?
Koop de nieuwste editie bij jou in de buurt, of bestel deze editie.
Wil je meer weten?
Koop de nieuwste editie bij jou in de buurt, of bestel deze editie.




©2024 De Andere Krant.
Alle rechten voorbehouden.