Vaccins en autisme, is er een verband?
Illustratie: Designpraxis
đš
Ook de onderzoeken van de neuroloog Gherardi worden ongetwijfeld afgekeurd door RIVM
Ook de onderzoeken van de neuroloog Gherardi worden ongetwijfeld afgekeurd door RIVM
Datum: 18 april 2023
Gezondheid
Toine de Graaf
Het is Ă©Ă©n van de grootste medische taboes: de mogelijke link tussen vaccins en autisme. De gezondsheidsautoriteiten wijzen elk verband van de hand. Intussen neemt samen met het aantal vaccinaties het aantal gevallen van autisme toe. Sommige wetenschappers zien aluminium in de vaccins als een mogelijke oorzaak van autistische stoornissen.
Eind maart presenteerde de Centers for Disease Control and Prevention (CDC, het Amerikaanse RIVM) nieuwe cijfers over de toename van Autisme Spectrum Stoornis (ASS) in de VS. ASS verwijst naar een groep neurologische ontwikkelingsstoornissen, voorheen aangeduid als PDD-NOS, Asperger en Klassiek Autisme. 1 op de 36 Amerikaanse kinderen van 8 jaar heeft nu een ASS-diagnose. Dat is 2,8 procent, waarbij het vooral gaat om jongens. Sinds de CDC begon met het verzamelen van gegevens is sprake van een scherpe toename. In 2000 ging het om 1 op de 150 kinderen.
De toename is geen exclusief Amerikaans fenomeen, maar speelt wereldwijd. In ons land is geen onderzoek gedaan naar het aantal geregistreerde ASS-diagnoses, meldt de website van het Nederlandse Jeugdinstituut (NJi). Wel hield het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in 2020 de jaarlijkse GezondheidsenquĂȘte onder Nederlanders. Volgens die enquĂȘte zou 2,1 procent van de kinderen van 4 tot 12 jaar autisme of een daaraan verwante stoornis hebben. Ook hier betrof het vooral jongens. âStudies uit de jaren â70 kwamen op een prevalentie van autisme van 2 tot 5 personen per 10.000â, aldus het NJi. Dat is dus maximaal 0,05 procent. Een enorm verschil met de 2,1 procent van 2020.
Volgens het NJi is duidelijk âdat stoornissen in het autismespectrum voor een groot deel erfelijk bepaald zijnâ. De hamvraag is dan: waaraan kan de ASS-toename worden toegeschreven? Want een erfelijke aandoening kan alleen sterk toenemen als ook omgevingsfactoren een rol spelen bij het begin en de voortgang van een aandoening. Volgens het NJi is de stijging van het aantal diagnoses echter âgrotendeelsâ te verklaren door de verruiming van de diagnostische criteria en de opname van Asperger en PDD-NOS in het autismespectrum, een betere onderkenning en een toegenomen bewustwording van autisme.
Is daarmee de hamvraag afdoende beantwoord? Nee, zeggen kritische non-profit organisaties, ouders en wetenschappers. Want als kinderen met autisme er altijd al zijn geweest maar nu pas worden gediagnosticeerd, luidt de vraag: waar zijn dan alle volwassenen met autisme? Die zijn er niet. Volgens de critici wordt de enorme ASS-toename âgrotendeelsâ verklaard door iets anders dan ontwikkelingen rond de diagnostiek.
EĂ©n van die organisaties is het Amerikaanse Childrenâs Health Defense (CHD), waarvan jurist Robert F. Kennedy jr. voorzitter is. In een reactie op de nieuwe CDC-gegevens zei Kennedy: âHet is duidelijk waarom de CDC standvastig weigert de oorzaak van de exploderende autisme-epidemie te onderzoeken, een nationale catastrofe die de verwoestende gevolgen van Covid-19 overtreft: de belangrijkste boosdoeners zijn regelgeving en slecht geteste vaccinsâ.
En daarmee stuiten we op de olifant in de kamer: vaccinatie. EĂ©n van de problemen bij het testen van vaccins is de placebo, ofwel ânepprikâ voor de controlegroep. Je zou daarin redelijkerwijs een onschuldige zoutoplossing verwachten. Maar in plaats daarvan bevat de placebo vaak de âhulpstofâ die ook in het vaccin zit: de aluminiumverbinding. Aluminiumzouten, zoals aluminiumfosfaat en aluminiumhydroxide, zitten al decennialang in vaccins waarbij de ziekteverwekker is âgeĂŻnactiveerdâ. Dit inactiveren is noodzakelijk om te voorkomen dat gevaccineerden na de prik juist de ziekte ontwikkelen waartegen ze worden ingeĂ«nt. Echter: door inactiveren vermindert de immuunrespons van het lichaam op het vaccin. Om die immuunrespons weer te versterken, wordt daarom een zogenaamd âadjuvansâ of hulpstof toegevoegd. Hiervoor worden voornamelijk aluminiumzouten gebruikt.
Het probleem bij het vinden van een goede adjuvans is een juiste balans tussen âtoxiciteitâ (giftigheid) en de gewenste immuunrespons, meldde arts Rudy Burgmeijer begin deze eeuw in het handboek over het Rijksvaccinatieprogramma, Vaccinaties bij kinderen. Kortom: een adjuvans is een onmisbare hulpstof, die in zekere mate toxisch moet zijn om het beoogde effect te kunnen bewerkstelligen. En aluminium is toxisch. Of preciezer: âneurotoxischâ (giftig voor hersenen en zenuwstelsel). Toch zijn op de RIVM-website Rijksvaccinatieprogramma.nl uitsluitend geruststellende teksten te vinden over de aluminiumverbindingen in vaccins. Zoals: âIn goed uitgevoerde wetenschappelijke onderzoeken zijn geen aanwijzingen gevonden dat aluminium in vaccins schadelijk is voor de gezondheidâ.
Uit dit citaat valt af te leiden dat er kennelijk ook onderzoeken zijn die wĂ©l een link leggen tussen gezondheidsschade en aluminium in vaccins. âDat onderzoek is er inderdaadâ, stelt het RIVM op diezelfde website, âmaar het is wetenschappelijk niet goed onderbouwd. Het is vooringenomen, slecht uitgevoerd en/of het gaat slechts om computerberekeningenâ. Concrete studies worden niet genoemd, maar waarschijnlijk wordt onder meer een wetenschappelijke publicatie bedoeld van de Canadese neurowetenschappers Chris Shaw en Lucija Tomljenovic van de University of British Columbia in Vancouver. Zij stelden in 2011 vast âdat (I) kinderen uit landen met de hoogste ASS-prevalentie de hoogste blootstelling lijken te hebben aan aluminium uit vaccins, dat (II) de toename in blootstelling aan aluminium adjuvantia significant correleert met de toename van de ASS-prevalentie in de VS in de afgelopen twee decennia (âŠ), en dat (III) er een significante correlatie bestaat tussen de hoeveelheden aluminium toegediend aan voorschoolse kinderen en de huidige prevalentie van ASS in zeven westerse landen, vooral op de leeftijd van 3 tot 4 maanden.â De Canadese onderzoekers voegden hier nog aan toe âdat toepassing van de Hillâs criteria op deze data aangeeft dat de correlatie tussen aluminium in vaccins en ASS mogelijk causaal isâ. De negen Hillâs criteria kunnen helpen bij het vaststellen van een causaal verband tussen een veronderstelde oorzaak en een waargenomen effect. Ze worden veel gebruikt in volksgezondheidsonderzoek.
Ook de onderzoeken van de Franse neuroloog prof. Romain Gherardi, die jarenlang verbonden was aan de UniversitĂ© Paris Est CrĂ©teil, kunnen ongetwijfeld rekenen op de afkeuring van het RIVM. Hij publiceerde onder meer opzienbarende experimenten bij muizen. Zo stelde Gherardiâs team in 2013 in een muizenmodel vast dat intramusculaire injectie van aluminiumhoudend vaccin is geassocieerd met aluminiumafzettingen in ver afgelegen organen, zoals de milt en de hersenen. En: daar konden die afzettingen nog een jaar na de injectie worden gedetecteerd. In Gherardiâs visie hebben we hier te maken met een adjuvans die slecht biologisch afbreekbaar is en daardoor âverraderlijkâ onveilig kan worden.
Bij de âtaboe-onderzoekenâ behoort zĂ©ker ook de studie uit 2017 van de Britse bioloog prof. Chris Exley, die jarenlang hoogleraar bio-anorganische chemie was aan de Keele University. Zijn team had een wereldprimeur toen het erin slaagde met een nieuwe, gevalideerde techniek (âaluminium-specifieke fluorescentie-microscopieâ) het aluminiumgehalte te bepalen in ASS-hersenweefsel afkomstig van de Oxford Brain Bank. Het ging om monsters van de cortex en de hippocampus van vier mannen en Ă©Ă©n vrouw met ASS, in de leeftijd van 15 tot 50 jaar. De vier mannelijke donoren hadden significant hogere concentraties aluminium dan de enige vrouwelijke donor. Sterker: de waarden van deze mannen behoren tot de hoogste aluminiumwaarden ooit gemeten in menselijk hersenweefsel.
Maar volgens het RIVM is dit dus niets om ons zorgen over te maken.
Dit is het tweede deel in een driedelige serie over de mogelijke schadelijke effecten van blootstelling aan aluminium. Deel 1, âGevaar aluminium stelselmatig onderschatâ, verscheen in De Andere Krant nr. 14, 8 april 2023.â
Wil je meer weten?
Wil je meer weten?