VWS en RIVM hielden gevaren AstraZeneca verborgen voor publiek
Beeld: ANP
💨
Alarmerende bijwerkingen mochten niet naar buiten komen
Alarmerende bijwerkingen mochten niet naar buiten komen
Datum: 9 december 2023
Gezondheid
Ido Dijkstra
Tien maanden lang, van januari tot oktober 2021, zijn Nederlanders geprikt met het omstreden Astrazeneca (AZ)-vaccin. Nog voordat de eerste prik gezet was, wisten het ministerie van VWS en het RIVM al dat het vaccin de transmissie van het coronavirus bij ouderen niet of nauwelijks zou stoppen. Toen twee maanden later ook duidelijk werd dat AZ voor ernstige bijwerkingen kan zorgen, verkozen de overheidsinstituten het belang van de vaccinatiebereidheid boven de volksgezondheid, zo blijkt uit een analyse van de Wet open overheid-documenten van onderzoeker Cees van den Bos.
Op 31 oktober 2021 laat GGD Ghor Nederland weten definitief te stoppen met AZ, maar al een klein jaar daarvoor, op 22 december 2020 zijn de eerste twijfels over het vaccin gerezen. Onderzoek gepubliceerd in wetenschappelijk tijdschrift The Lancet toont aan dat het AZ-vaccin weinig doet om de transmissie van het coronavirus te voorkomen bij ouderen. Het ministerie van VWS en RIVM zijn op de hoogte, maar een team van gedragsdeskundigen en communicatie-experts stelt dat de Gezondheidsraad – op papier een onafhankelijk wetenschappelijk adviesorgaan met de wettelijke taak regering en parlement te adviseren over gezondheidsvraagstukken – daar “niets over mag schrijven. Dat is nu nog niet rond”. In plaats daarvan moet het maar de “loftrompet steken over B/P”, oftewel Biontech/Pfizer.
Op 29 januari 2021 verschijnt een rapport van het RIVM waaruit blijkt dat er inconsistentie is vastgesteld in de samenstelling van de AZ-batches. Het RIVM rapporteert dit bij het European Medicine Agency (EMA). De farmaceut is in de meeste gevallen niet aansprakelijk voor de schade na vaccinatie, maar wel als het slordigheden in het productieproces betreft. Een paar dagen later, op 2 februari, circuleert een e-mail binnen het RIVM, waaruit blijkt dat het EMA wil dat mensen vijftien minuten geobserveerd worden nadat ze met AZ zijn geïnjecteerd. Alom bekend is dan al de bijwerking anafylaxie, een acute allergische reactie met zware benauwdheid tot gevolg.
Vijf dagen daarna stopt Zuid-Afrika met de toediening van AZ. De injecties blijken weinig tot geen bescherming te bieden tegen de coronavariant die daar dominant aanwezig is, ondanks een recente levering van een miljoen doses. Het RIVM maakt zich zorgen om dit nieuws, omdat ook hier in Nederland de Zuid-Afrikaanse variant aanwezig is. “Ook bij iets mindere bescherming is doorgaan met vaccineren van het grootste belang”, wordt desondanks geconcludeerd.
Op 19 februari gaat een e-mail rond binnen het RIVM, met als onderwerp ‘alarmerend bericht bijwerkingen Astrazeneca’. Bij diverse huisartsenpraktijken zijn veel ziekmeldingen binnengekomen na de AZ-vaccinatie van personeelsleden. In plaats van direct stoppen met AZ, wordt een strategie uitgedokterd: “Niet personeel op één dag te vaccineren. Advies zou moeten zijn: verdeel vaccinatie van personeel over minimaal twee dagen ivm ziekmeldingen de dag na vaccinatie”, zo staat in een interne mail. Zo kan de behandeling van patiënten wel doorgang blijven hebben.
Het RIVM worstelt met de vraag of er een waarschuwing moet worden afgegeven. Een medewerker vraagt opheldering van de zogenaamde intern aanwezige ‘bijwerkingen goeroe’. “Zijn er meer signalen binnengekomen of is dit conform de verwachting?”, vraagt deze persoon. De ‘goeroe’ antwoordt: “Het is zo moeilijk te duiden, maar belangrijk is dat er geen onrust ontstaat en evt bijzonderheden beoordeeld worden door Lareb”.
Het imago van AZ is dan al in een vrije val geraakt. Medio februari is de vaccinatiebereidheid voor AZ sterk afgenomen, zo wordt ook geconstateerd in Bilthoven waar RIVM zetelt. Daarom is er op 20 februari 2021 ‘een brainstorm’ gepland met de gedragsunit en het vaccinatieprogramma. “De weigering van het AZ-vaccin en/of de impact die het krijgen van dit vaccin heeft op de vaccinatiebereidheid zou weleens een issue kunnen worden.”
Op 22 februari worden “de concrete vervolgstappen” uit de bijeenkomst besproken. “We zoeken naar mogelijkheden om de reputatie van AZ te verbeteren en daarmee het effect ervan op de vaccinatiebereidheid zo klein mogelijk te houden.” In de communicatie wil RIVM het geschonden blazoen van het vaccin oppoetsen onder andere via “media-aandacht (via ambassadeurs/stakeholders)? Artikel RTL Nieuw/AD?” Ook wordt geconstateerd dat veel mensen hun eigen huisarts en artsen op tv heel belangrijk vinden, dus moeten die ook aangeschreven worden en wel “zo snel mogelijk. Het vaccineren met AZ zal de komende maanden steeds belangrijker worden. Hoe eerder we de beeldvorming rondom AZ ‘kenteren’ hoe beter”, schrijft een RIVM-medewerker. Een dag later ligt er al een brief met flyer. Een opmerking over bijwerkingen sneuvelt uit de brief.
Op 11 maart besluiten meerdere landen de AZ-vaccinaties te stoppen. Olaf Dekkers van het College ter Beoordeling van de Geneesmiddelen (CBG) vertelt diezelfde avond bij Nieuwsuur dat “alleen in het meest extreme geval” een vaccin van de markt wordt gehaald. Nederland gaat wel door met AZ, meldt hij. Opmerkelijk, want vijf uur eerder heeft het ministerie van VWS het besluit genomen AZ te pauzeren. Een acute stop wordt het niet, blijkt uit een memo van het ministerie van VWS. “PGB-groep wordt nog astra zeneca geprikt. Maar als het op is, dan is het op.” En na een pauze van slechts vier dagen, adviseert het CBG op 18 maart alweer het prikken met AZ te hervatten. “Klachten na vaccinatie zijn ontstaan, maar vooralsnog is er geen oorzakelijk verband aangetoond tussen het vaccin en deze meldingen.” Binnen het ministerie van VWS wordt verheugd gereageerd. “Wat goed dat vaccineren met Astrazeneca weer herstart kan worden.”
Het imagoprobleem blijft echter bestaan. Gedragsdeskundigen verzinnen een one pager, een korte memo die antwoord moet bieden op deze vraag met de naam Voor en door vaccinatie. “Het lijkt een communicatietruc om te anticiperen op berichten over mogelijke bijwerkingen”, stelt data-analist Van den Bos.
VWS meldt op 1 april 2021 op de hoogte te zijn gebracht door Lareb over “2 meldingen van trombose icm verlaagde bloedplaatjes na vaccinatie, waarvan 1 overleden”. Een dag later weet VWS van Lareb dat er “5 meldingen over tromboseklachten in combinatie met lage bloedplaatjes, causaliteit niet aangetoond. (….) Dit gaat wel wat betekenen voor de communicatie over AZ.”
De Gezondheidsraad (GR) besluit na een spoedoverleg met een advies te komen, AZ alleen nog bij mensen boven de 60 jaar toe te dienen. Dit is opmerkelijk, omdat dus uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat dit vaccin nauwelijks werkzaam is voor die leeftijdscategorie.
Een ander dilemma voor de Gezondheidsraad is de groep die reeds een eerste prik met Astrazeneca heeft ontvangen, maar de tweede nog moet krijgen. Kunnen de vaccins gemixt worden met mRNA-injecties van bijvoorbeeld Pfizer? Het is onbekend of de bijwerkingen van de tweede prik minder zullen zijn dan bij de eerste. Uit de verslagen blijkt dat de nodige kennis in de Gezondheidsraad ontbreekt. Uit een vergaderverslag van gedragsexperts van 9 april 2021 blijkt dat het zelfs voor de EMA onduidelijk is wat de leeftijd-afhankelijke risico’s van Astrazeneca zijn. Dit maakt het advies van de Gezondheidsraad om Astrazeneca te geven aan mensen boven de 60 jaar, nog opmerkelijker.
Hoe heeft het allemaal zo ver kunnen komen? Uit de documenten blijkt dat vier Nederlandse ministers op 7 juli 2020 een contract met AZ tekenden, al is de fabrikant nooit de meest gewenste leverancier geweest in internationaal verband. AZ bood zijn vaccins echter wel tot een factor zeven goedkoper aan dan Pfizer en zelfs een factor tien goedkoper dan Moderna. Op 20 oktober 2021 maakt de GGD definitief bekend te stoppen met het prikken met AZ. “De flacons Astrazeneca die nu nog in omloop zijn, zijn na 31 oktober 2021 niet meer houdbaar”, meldt die. Daarom wordt definitief overgestapt op Biontech/Pfizer.
De volledige analyse met screenshots is te vinden op bomenenbos.substack.com
Wil je meer weten?
Wil je meer weten?