Analyse stemgedrag: alleen FVD en Bij1 geven kabinet-Rutte IV volop tegengas
Illustratie: van de Redactie
💨
PvdA, GroenLinks en Volt steunen bijna alle voorstellen van VVD
PvdA, GroenLinks en Volt steunen bijna alle voorstellen van VVD
Datum: 14 maart 2023
Maatschappij
Eric van de Beek
PvdA, GroenLinks, BBB en andere oppositiepartijen roepen om het hardst dat zij een alternatief bieden voor de kabinetten van Rutte. Uit hun stemgedrag blijkt echter iets anders. Opmerkelijk veel partijen die geen deel uitmaken van het kabinet, hebben de regeringspartijen door dik en dun gesteund. De oppositie kwam tijdens het vierde kabinet Rutte vooral van de partijen van Thierry Baudet en Sylvana Simons.
Het zal voor de meeste lezers van De Andere Krant geen verrassing zijn. De zogeheten oppositiepartijen in de Tweede Kamer hebben zich in de afgelopen jaren niet echt gedragen als oppositiepartijen. Een overgrote Kamermeerderheid heeft zich niet of nauwelijks verzet tegen de strenge coronamaatregelen van de kabinetten Rutte, waaronder de lockdowns, de avondklok, het coronatestbeleid en het coronatoegangsbewijs. Ook was er een overweldigende meerderheid voor de klimaatmaatregelen, het stikstofbeleid en de wapenleveranties aan Oekraïne. Slechts een enkele partij verzette zich hiertegen.
In verkiezingstijd benadrukken oppositiepartijen graag dat zij een ander soort beleid voorstaan dan de regeringspartijen de afgelopen jaren hebben laten zien. Hun stemgedrag toont echter iets anders. Dit is met name zichtbaar bij oppositiepartijen PvdA, GroenLinks en Volt. Deze partijen hebben tijdens het vierde kabinet Rutte, dus vanaf 10 januari 2022, vrijwel alle wetsvoorstellen, moties en amendementen van de grootste regeringspartij VVD gesteund. Een motie is een uitspraak waarin de regering wordt aangespoord om iets te doen of te laten. Een amendement is een wijziging van een wetsvoorstel.
PvdA, GroenLinks en Volt ondersteunden respectievelijk 95, 94 en 94 procent van de wetsvoorstellen van de regeringspartij van premier Mark Rutte. Het stemgedrag van deze partijen is niet veel anders als het gaat om moties en amendementen van de VVD. 92 procent daarvan werd gesteund door PvdA en GroenLinks. Alleen bij Volt en BBB was de steun hiervoor nog groter, respectievelijk 96 en 95 procent.
Het stemgedrag van de PvdA en GroenLinks staat in scherp contrast met de verkiezingstaal die beide partijen uitslaan. Zij profileren zich nadrukkelijk als partijen die een einde willen maken aan de kabinetten Rutte. GroenLinks-voorman Jesse Klaver benadrukte begin vorige maand het belang van de samenwerking die zijn partij is aangegaan met de PvdA. Daarmee zou de ambitie van beide partijen waargemaakt kunnen worden om “de macht van de VVD” te breken.
Hoewel dus van alle oppositiepartijen de PvdA, GroenLinks, Volt en BBB vooropliepen in hun steun voor de VVD, hielpen ook andere oppositiepartijen de VVD in de meeste gevallen aan een meerderheid voor wetsvoorstellen die door deze partij waren ingediend. De enige twee uitzonderingen zijn Forum voor Democratie (FVD) van Thierry Baudet en Bij1 van Sylvana Simons. In slechts 28 procent van de gevallen hielp FVD de VVD aan een meerderheid. Bij1 steunde 35 procent van de VVD-wetsvoorstellen. De op twee na minste steun kreeg de VVD van de PVV. Niettemin stemde de partij van Geert Wilders voor 53 procent van alle VVD-wetsvoorstellen.
Is FVD daarmee de minst VVD-gezinde partij in de Tweede Kamer? Dat is onduidelijk, want mogelijk is dat Bij1. Het stemgedrag bij moties en amendementen geeft namelijk een ander beeld dan het stemgedrag bij VVD-wetsvoorstellen. FVD hielp de VVD bij 53 procent van alle stemmingen aan een meerderheid. Bij1 steunde slechts 34 procent van de VVD-moties en amendementen. Dit beeld wordt echter flink vertekend door het grote aantal stemonthoudingen van deze partij. De eenvrouwsfractie onthield zich in 43 gevallen van stemming. Mogelijk is daarom niet Bij1 maar FVD de minst VVD-gezinde partij.
Hoe is de bijval van de oppositiepartijen voor de regeringspartijen D66 en CDA?
PvdA, GroenLinks en Volt springen er dan opnieuw uit. Zij steunden respectievelijk 93, 90 en 90 procent van alle wetsvoorstellen die D66 indiende in de periode Rutte IV. Volt heeft maar liefst 100 procent van alle moties en amendementen van D66 gesteund en DENK 99 procent daarvan. Op een gedeelde derde plaats staan PvdA, GroenLinks en Partij voor de Dieren. Zij hebben 97 procent van alle moties en amendementen gesteund van de sociaalliberalen. Ook de SP en BBB toonden zich trouwe bondgenoten van D66. Zij stemden voor respectievelijk 94 en 92 procent van de D66-moties en amendementen.
Hekkensluiters zijn opnieuw FVD en Bij1. FVD steunde slechts 21 procent van alle D66-wetsvoorstellen en Bij1 38 procent. Niettemin hielp FVD moties en amendementen die D66 had ingediend in 56 procent van de gevallen aan een meerderheid. De steun die D66 hiervoor kreeg was alleen kleiner van de zijde van de PVV (51 procent) en Bij1 (45 procent), opnieuw overigens met de aantekening dat de partij van Simons zich heel vaak van stemming heeft onthouden. Simons stemde in 47 procent van de gevallen niet.
Wetsvoorstellen van het CDA konden in de afgelopen regeringsperiode rekenen op ruime steun van de oppositiepartijen. Ook hier gingen PvdA, GroenLinks en Volt aan kop. Zij steunden respectievelijk 94, 94 en 91 procent van de wetsvoorstellen van de christendemocraten. Ook DENK stemde in 91 procent van de gevallen voor CDA-wetsvoorstellen. De minste steun kreeg het CDA van FVD en Bij1. Toch steunden ook die partijen respectievelijk 58 en 61 procent van de CDA-wetsvoorstellen. Een ander beeld ontstaat als we kijken naar de steun van oppositiepartijen voor moties en amendementen van het CDA. Dan zijn de grootste supporters achtereenvolgens BBB (95 procent), SGP (93 procent), ChristenUnie (89 procent) en Volt (87 procent). Toch kan het CDA, ook in het geval van moties en amendementen, in veruit de meeste gevallen rekenen op steun van PvdA en GroenLinks. Zij stemden in respectievelijk 78 en 79 procent van de gevallen voor.
De minste bijval kreeg het CDA van FVD en Bij1. Toch steunden ook deze partijen respectievelijk 58 en 61 procent van alle CDA-wetsvoorstellen. Minder steun gaven ze aan de moties en amendementen van het CDA. FVD stemde in 51 procent van de gevallen voor en Bij1 in slechts 44 procent van de gevallen (met 42 procent stemonthoudingen).
Zouden de grootste regeringspartijen VVD, D66 en CDA een nieuwe regering kunnen vormen met PvdA, GroenLinks of andere oppositiepartijen? Afgaande op het stemgedrag in de Tweede Kamer moet dat makkelijk lukken. De enige uitzonderingen zijn FVD en Bij1.
Als bron voor dit artikel is gebruik gemaakt van het cijfermateriaal van de website openkamer.org Het stemgedrag van voormalig CDA-kamerlid Pieter Omtzigt is hierin niet opgenomen. Omtzigt doet ook niet mee aan de Provinciale Statenverkiezingen van 15 maart.
Wil je meer weten?
Wil je meer weten?