Nieuws Gezondheid

De stille pfas-epidemie

pfas epidemie
💨

Nieuwe stoffen alleen introduceren wanneer veiligheid is aangetoond​
Nieuwe stoffen alleen introduceren wanneer veiligheid is aangetoond
Datum: 20 april 2023
Gezondheid

Abel Arkenbout


De wijdverbreide toepassing van onafbreekbare PFAS-chemicaliën in tal van producten vormt een ernstig gevaar voor onze gezondheid en leefmilieu, schrijft onafhankelijk toxicoloog Abel Arkenbout. We moeten nu actie ondernemen om het gebruik ervan te stoppen. (Noot van de redactie: Dit artikel is een reactie op een artikel van Theo Richel, ‘Niet meer bang voor PFAS’, dat tegelijkertijd in De Andere Krant is gepubliceerd. Het artikel van Richel is te vinden op de website van De Groene Rekenkamer.

Poly- en perfluoralkylstoffen (PFAS) worden aangeduid als ‘forever chemicals’. Eenmaal gemaakt zijn deze stoffen onverwoestbaar en kunnen een heel leven lang in het lichaam verblijven. De enorm sterke fluor-koolstof verbinding is de reden dat de moleculen niet kapot gemaakt kunnen worden. Geen bacterie is geïnteresseerd om dit soort moleculen te verteren.

Ook afvalverbrandingsovens hebben moeite PFAS volledig kapot te maken, zelfs bij hoge temperaturen van 850 graden Celsius. PFAS worden nu ook aangetroffen in grond, compost, water, het menselijke lichaam, zelfs in de hersenen.

PFAS bezitten unieke eigenschappen om water, olie en vuil af te stoten en zijn zeer slijtvast. Dat is de reden dat ze in allerlei producten worden verwerkt. Denk aan waterafstotende kleding, waterproof make-up, papieren voedselverpakkingen (pizzadozen, fastfood), kartonnen koffiebekers, elektronica, bakpapier, tandzijde, zonnepanelen, windturbines, enzovoort. Daarnaast worden PFAS toegepast in de bestrijding van complexe branden (AFFF).

Hoewel in de afgelopen decennia veel onderzoek is gedaan naar de relatie van PFAS met allerlei ziekten, immuniteit en neurodegeneratieve aandoeningen, is er nog veel onduidelijkheid over de effecten van PFAS. Dit komt onder meer doordat de chemische industrie vrijwel dagelijks een nieuwe PFAS-verbinding op de markt brengt. PFAS-verbindingen laten zich bovendien moeilijk analyseren in het laboratorium. De resultaten die er zijn, zijn niettemin verontrustend.

Pleitbezorgers van de chemische industrie, zoals Theo Richel van de Groene Rekenkamer, voeren diverse argumenten aan waarom we ons niet druk zouden hoeven maken over PFAS. De dosis maakt het vergif, wordt gezegd, en het gaat bij PFAS om hele kleine hoeveelheden. Maar de werking van PFAS is anders dan bij veel andere giftige stoffen, weten we op basis van nieuwe, zeer gevoelige analysemethoden. Bij PFAS is geen sprake van een lineaire dosis-respons relatie, omdat de stoffen werken via hormonale receptoren. PFAS blijken daardoor bij heel kleine concentraties al extreem giftig te zijn.

Een tweede argument is dat er geen verschil zou zijn tussen natuurlijke en synthetische (door de mens gemaakte) gifstoffen. Volgens Richel krijgen we van natuurlijke bestrijdingsmiddelen – die door planten worden aangemaakt om zich tegen natuurlijke vijanden te verweren – veel meer binnen dan van synthetische. Dat is van een andere orde, de natuurlijke gifstoffen zijn afbreekbaar. Richel baseert zich op een bron uit 1991 (Ames), waarin gesteld wordt dat broccoli duizend keer schadelijker zijn dan dioxine.

Deze claim is gelukkig gebaseerd op een onjuiste interpretatie van een moleculaire binding aan een bepaalde receptor op het celmembraan. De receptoren zijn de aanhechtingspunten van lichaamsvreemde stoffen als dioxinen en PFAS. Het grote verschil met natuurlijke stoffen is de persistentie, het kan niet worden afgebroken in het lichaam. Een activatie van zo’n receptor wil niet zeggen dat je er ook kanker van krijgt. Stoffen die kanker voorkomen werken ook via deze receptor. Het ontstaan van kanker, carcinogenese, is een ingewikkeld proces. Stoffen in broccoli beschermen juist tegen kankerontwikkeling.

Richel beweert ook dat in sinaasappelen allerlei natuurlijke ‘kankerverwekkende’ stoffen zouden zitten. Dat is niet juist. Wat niet genoemd wordt en belangrijk om te vermelden, is de chemische toevoeging van Chlorpyrifos bij de sinaasappelteelt. Deze uiterst gevaarlijk pesticide is in Nederland verboden, maar komt via België weer ons land weer binnen. Uit onderzoek blijkt dat deze stof gelinkt is met neurotoxische schade aan de zich ontwikkelende hersenen van kinderen.

Dan is er het argument dat onze levensverwachting gestaag is gestegen (hoewel dat sinds ‘corona’ is gestopt), waaruit zou blijken dat het allemaal wel meevalt met het gevaar van PFAS en andere stoffen. Belangrijker dan de levensverwachting is de kwaliteit van leven. Neurotoxiciteit komt steeds vaker en op jongere leeftijd voor (Alzheimer, Parkinson). Tegenwoordig lijdt één op de zes kinderen aan een of andere neurologische ontwikkelingsstoornis (ADHD, autisme). Die percentages zijn de afgelopen decennia verontrustend gestegen.

Richel verwijst naar van het American Council on Science and Health (ACSH), die op basis van de wetenschappelijke literatuur concludeert dat PFAS volstrekt ongevaarlijk zouden zijn. De ACSH is echter een dubieuze bron. Deze organisatie is uiterst negatief over een kritische houding ten opzichte van vaccinatie, genetisch gemodificeerd voedsel (GMO), bestrijdingsmiddelen (glyfosaat) en PFAS in Europa. Dit continent wordt afgeschilderd als achterlijk met domme mensen, diep weggezakt in de donkere Middeleeuwen. Amerikanen zijn veel intelligenter en het wetenschappelijke werk van Europese wetenschappers en de Europese Voedsel en Waren Autoriteit (EFSA) wordt nog net niet als ‘fake nieuws’ weggezet. Bekende pleitbezorgers van het voorzorgsbeginsel, zoals de Deense milieu-epidemioloog professor Philippe Grandjean en de befaamde Amerikaanse onderzoekster Rachel Carson (Silent Spring, 1962), die de gevaren van DDT voor een groot publiek onthulde, worden op de website van ACSH ad hominem aangevallen.

De immuniteits- en neurotoxische schade voor PFAS is, juist niet op basis van testen op ratten en muizen vastgesteld, maar op basis van epidemiologisch onderzoek, dat de alarmbellen doet rinkelen. Grandjean noemt PFAS in zijn werk een chemische ‘braindrain’. Onderzoekers hebben aangetoond dat de ontwikkeling van de hersenen wordt beïnvloed door chemicaliën, die invloed hebben op onze gemoedstoestand, vreugde/welbevinden/depressies. Wanneer chemische stoffen de hersenen van een kind beïnvloeden, loopt het risico op geestelijke achterstand of hersenverlamming. Bij PFAS is sprake van vertraagde giftigheid, die zich vertaalt in een sluimerende afname van hersenactiviteit, een verlaging van het IQ, een hormoonverstorende werking en ondermijning van het immuunsysteem. Dit zijn geleidelijke processen die niet direct zichtbaar zijn, maar wel een reëel risico vormen.

Nederland heeft niet voor niets samen met Denemarken, Duitsland, Zweden en Noorwegen een voorstel ingediend voor een Europees verbod op PFAS. Daarmee zou het gebruik van alle poly- en perfluoralkylstoffen als groep worden verboden, volgens het RIVM “het grootste stoffenverbod ooit in Europa”. Er zijn normen voor PFOA en PFOS daterend uit 2008 en 2020. Een probleem bij het vaststellen en handhaven van PFAS-normen is het uiterst moeizame contact met de industrie. Het is bijvoorbeeld moeilijk om aan referentiemateriaal van PFAS te komen, terwijl die uiteraard aanwezig is . Mede hierdoor is het onderzoek naar het vaststellen van veilige richtwaarden voor PFAS in drinkwater en voedsel slechts beperkt tot 4 perfluoralkyl-stoffen (EFSA-4 PFAS). Dit terwijl duizenden PFAS níet onderzocht zijn in laboratoria, maar wél zijn gemaakt door de industrie.

De industrie wil alleen die stoffen verbieden, waarvan 100% zeker is dat deze schadelijk zijn. Veel beter is het om nieuwe stoffen pas te introduceren als hun veiligheid is aangetoond, ook op de langere termijn. Dus niet alleen wanneer de arme muis of rat binnen een uur doodgaat in een laboratorium. De enige manier om de schade te beperken is het stoppen van alle risicovolle PFAS-productie.

Abel Arkenbout, toxicoloog, is oprichter en voorzitter Stichting ToxicoWatch (internationaal biomonitoringsonderzoek naar dioxinen, PFAS en emissies van afvalovens).

Naschrift redactie:

We hebben Theo Richel en Abel Arkenbout gevraagd om te reageren op elkaars artikelen. Richel schrijft: “Die ‘forever chemicals’ zijn wel degelijk afbreekbaar: ‘meer recentelijke onderzoeksuitkomsten hebben laten zien dat een toenemend aantal PFAS-soorten biologisch afbreekbaar zijn. Zowel gemengde culturen als pure micro-organismen hebben groot potentieel in het afbreken van bepaalde PFAS soorten,’ meldt Bioresource Technology (januari 2022). Arkenbout gaat ervan uit dat iedereen het weel heel griezelig zal vinden dat PFAS ‘een heel leven lang in het lichaam blijven’, maar enig bewijs dat dit kwaad kan heeft hij niet. Integendeel, in 2013 kregen kankerpatiënten PFOA als experimentele chemotherapie toegediend (miljoenen maal meer dan gewone mensen via het milieu binnen kregen). De studie vermeldt niet of dit succesvol was, maar duidelijk werd wel dat deze stoffen veel minder ‘stapelen’ dan gevreesd. Ze zijn veel sneller uit het lichaam verdwenen dan verwacht en op basis daarvan concluderen de onderzoekers dat de norm voor deze stof in drinkwater 125 maal versoepeld zou kunnen worden. Arkenbouts reactie op natuurlijke kankerverwekkende stoffen is treurig, maar zijn verdienmodel is natuurlijk gebaseerd op angst voor de chemische industrie en een wereld vol supergevoelige mensen. Het feit dat de natuur precies dezelfde stoffen maakt en in nog veel grotere hoeveelheden negeert hij. Hij noemt mij een ‘Pleitbezorger voor de chemische industrie’ en dat is terecht. Die industrie heeft ongetwijfeld een boel narigheid veroorzaakt, maar dat verdampt tegen de miljoenen levens die er met hun producten zijn gered (full disclosure: ik word gesponsord door de Sociale Verzekeringsbank). Arkenbout constateert terecht dat er in broccoli ook allerlei substanties zitten die kanker voorkomen. Ja, maar waarom bekijk je die PFAS dan zo geïsoleerd? We krijgen dagelijks 200.000 stoffen binnen, goed en kwaad door elkaar, alles in minieme hoeveelheden. De wetenschap is simpelweg niet in staat om vast te stellen welke gezondheidseffecten die chemische chaos heeft, maar ik ken geen signalen dat er een groot probleem is. Miljoenen jaren evolutie heeft ons een waanzinnig goede afweer gegeven. Overigens is DDT (beroemd gemaakt door het boek ‘Silent Spring’ van Rachel Carson) een geweldig middel dat talloze levens heeft gered. Totaal ongevaarlijk zo weet ik van professor J. Gordon Edwards die op college wekelijks een theelepeltje DDT tot zich nam. Hij stierf op 84 jarige leeftijd bij het bergbeklimmen.” (Bronnen op aanvraag)

Arkenbout reageert: “Het zou mooi zijn geweest wanneer de reactie van Theo Richel een inhoudelijk opbouwende discussie op gang zou hebben gebracht voor het algemeen belang. Het gaat hier immers om de risico’s van Zeer Zorgwekkende Stoffen, (Persistent Organic Pollutants, POPs) voor de volksgezondheid, zo laten onderzoeksresultaten in verschillende disciplines zien. Daar is geen angstzaaierij van mijn persoon voor nodig. Conclusies van het - in mijn ogen onethische - experiment van PFOA op terminale kankerpatiënten zijn, zoals de onderzoekers zelf al aangeven, uiterst beperkt. De stofwisseling van deze uitbehandelde, meestal oudere en uiterst zieke mensen in dit onderzoek is niet te vergelijken met die van gezonde mensen. De ontwikkeling om PFAS-verontreinigde gronden voor clean-up te behandelen met bacteriën en schimmels (bioremediatie) staat nog in de kinderschoenen. Er zijn bacteriestammen gevonden, Pseudomonas sp., die één fluoratoom kunnen afbreken, maar niet de hele per- en polyfluoralkylverbindingen (PFAS), waar het in deze discussie om gaat. Wederom haalt Richel de American Council on Science and Health aan. Nu wordt J. Gordon Edwards van stal gehaald. Deze vertegenwoordiger werd betaald door de chemische pesticide-industrie. Edwards moest ervoor zorgen, dat de burger DDT als ongevaarlijk zou ervaren. Gezien de schade die DDT aan in het wild levende dieren en vooral aan bijen geeft, begrijp ik als toxicoloog, met grote zorgen over PFAS, niet de adoratie voor deze synthetische gifstoffen. De vraag komt op: hoe groen is de Groene Rekenkamer eigenlijk als Zeer Zorgwekkende Stoffen als gezond worden aanbevolen?”



 
Wil je meer weten?
Koop de nieuwste editie bij jou in de buurt, of bestel deze editie.
Wil je meer weten?
Koop de nieuwste editie bij jou in de buurt, of bestel deze editie.




©2024 De Andere Krant.
Alle rechten voorbehouden.