Amerikaanse journalist Jeffrey Brodsky werpt nieuw licht op Nord Stream-aanslagen
Nikko Norte
Samen met een gepensioneerde Zweedse ondernemer onderzocht Jeffrey Brodsky, een Amerikaanse freelance journalist, ter plekke de aanslagen op de Nord Streampijplijnen in september 2022. Op 11 juli mocht hij zijn bevindingen delen met de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. Brodsky kan de vraag wie de pijplijnen opblies (nog) niet beantwoorden, maar hij ontdekte onder andere dat er tijdens de aanslagen op de pijplijnen minder explosieven zijn gebruikt dan tot dusver werd aangenomen.
Het is net geen dertig graden als ik op 23 juli in Barcelona mijn auto parkeer. I will be sitting in the shade of the Esglesia Sant Vicenç de Sarrià, mailde Jeffrey Brodsky me een paar minuten geleden. Ik weet dat ik in de schaduw van de Sant Vicenç de Sarriàkerk niemand zal aantreffen, maar ik begrijp Jeffrey’s cloak & dagger; hij wil zeker weten dat ik ben wie ik zeg te zijn. Ik vind de kerk, kijk nadrukkelijk om de hoek naar de schaduwkant ervan en wacht in de zon voor de zware houten voordeur tot ik mijn naam hoor roepen. Een jonge man met een vrolijke, Amerikaanse uitstraling wandelt me tegemoet. We schudden elkaar de hand en zoeken in de barrio Sarrià een rustig café voor een cafe solo.
Jeffrey Brodsky is 45 jaar oud en voltooide net na de millenniumwissel in Amsterdam zijn master in Amerikaanse Studies. Hij is geboren in Chicago en woont en werkt afwisselend in Chicago en Barcelona. Op 26 september 2022, legt hij uit, schrok hij van de aard en omvang van de aanslagen op de pijplijnen in de Baltische Zee. “Ik verbaasde me over het gebrek aan aandacht van de kant van de media en begreep niet dat die media met de middelen die ze tot hun beschikking hebben geen gedegen onderzoek uitvoerden naar wat uiteindelijk een aanval was op kritieke infrastructuur ter waarde van 23 miljard dollar.”
Terwijl de aandacht van de media verwatert, onderzoekt Brodsky alles wat hij over de aanslagen kon onderzoeken, gebruikmakend van open bronnen. Hij volgt het qui bono-spoor verzamelt de opmerkingen die politici zoals de Amerikaanse president Biden maakten over het niet langer laten voortbestaan van de Nord Streampijplijnen als Rusland Oekraïne binnen zou vallen. In december 2022 slaagt hij erin financiering te krijgen van het linkse (red.) Leonard C. Goodman Institute for Investigative Reporting om zijn onderzoek te bekostigen. Hij heeft nog steeds geen idee in welke richting hij moet zoeken, “maar,” zegt hij, “het ontmaskeren van de daders was het enige doel dat ik nog voor ogen had.”
Twitter brengt Jeffrey in contact met Erik Andersson, een gepensioneerde ondernemer uit Zweden, die langs ongeveer dezelfde lijnen denkt als Brodsky. Net als Brodsky communiceert Andersson veelvuldig met wetenschappers en politici, maar uiteindelijk heeft hij zijn buik vol van alle theorieën die rondgaan op de sociale media en rijpt in zijn gedachten het plan zijn onderzoek naar een hoger plan te tillen.
Ondertussen publiceert onderzoeksjournalist en Pulitzerprijswinnaar Seymour Hersh op 8 februari 2023 zijn theorie dat de Amerikaanse president Biden persoonlijk de vernietiging van de pijplijnen autoriseerde en dat duikers van de Amerikaanse marine al in juni 2022, tijdens de internationale NATO-oefening BALTOPS 22, explosieve ladingen op de pijplijnen plaatsten om die explosieven later – op 26 september – van afstand te detoneren.
Een maand na Hersh’ publicatie komen de New York Times en een aantal Duitse media met het bericht dat een groep Oekraïners zonder medeweten van de Oekraïense president Volodymyr Zelensky vanaf een zeilboot explosieve ladingen plaatste op de pijplijnen. Bewijs in de vorm van explosievenresidu zou op de zeilboot zijn gevonden. Een derde theorie die her en der wordt geuit is dat Polen achter de aanslagen zou zitten. Dat land hield enkele dagen voor de aanslagen op de pijplijnen een eigen militaire oefening en opende een dag na de aanslagen een pijplijn die concurreert met de Nord Streampijplijnen.
Mogelijke daders en theorieën te over. Wat zeker is, is dat op 26 september 2022 alle vier de Nord Stream pijpleidingen met aardgas zijn gevuld. De twee pijpleidingen van Nord Stream I zijn al sinds 2011 in gebruik. De twee pijplijnen van Nord Stream II zijn klaar, maar mogen nog niet leveren aan Duitsland. In geen van de vier pijplijnen stroomt het gas.
Om 02.03 uur wordt via seismische en hydro-akoestische metingen een explosie vastgesteld in de Baltische Zee. Het is de A-pijplijn van Nord Stream II die ten oosten van het Deense eiland Bornholm is opgeblazen. Zeventien uur later, om 19.04 uur, worden nog eens drie explosies vastgesteld. Het zijn de A- en B-pijplijnen van Nordstream I en opnieuw de A-pijplijn van Nord Stream II die zijn opgeblazen, iets meer dan zeventig kilometer noordelijk van de eerste explosie. De B-pijplijn van Nord Stream II blijft onbeschadigd. Volgens Hersh is de lading op die pijplijn niet gedetoneerd en door duikers verwijderd.
Andersson besluit zelf een expeditie uit te rusten en nodigt Brodsky uit mee te gaan. Op 24 mei 2023 vertrekken zij met het schip de Baltic Explorer vanuit de haven van Ystad, in Zweden, met een kleine bemanning om de vier explosielocaties te onderzoeken. De Baltic Explorer is een vissersschip dat is omgebouwd om oceanografisch onderzoek te doen en dat naast de al aanwezige sonar op kosten van Andersson is uitgerust met een onderwaterdrone waarop een camera is gemonteerd. De explosielocaties zijn gemakkelijk gevonden en al snel doet het team aan boord van de Baltic Explorer een belangrijke ontdekking, verhaalt Brodsky. “Alle pijplijnen waren gevuld met gas op het moment van de explosies en dat gas droeg bij aan de kracht van die explosies. Maar toen de A-pijplijn van Nord Stream II zeventien uur na de eerste explosie opnieuw werd opgeblazen, was het gas in de pijplijn al weggestroomd door het gat dat de eerste explosie had veroorzaakt. De foto’s en sonarbeelden die we maakten van de A-pijplijn van Nord Stream II op de locatie van de tweede explosie zijn door diverse experts geanalyseerd. Die experts concluderen dat er explosieve ladingen zijn gebruikt van maximaal vijftig kilo, waarschijnlijk slechts van tien kilo.”
Ik laat die opmerking van Brodsky bezinken en realiseer me dat de media voortdurend melding hebben gedaan van explosieve ladingen van rond de 500 kilo. Het gebruik van dergelijk grote ladingen duidt op een professionele dader en duidt op de betrokkenheid van een overheid. “Ook de Engelse BBC en een Deens televisiestation rustten expedities uit,” vult Brodsky mijn gedachten aan, “maar zij hebben slechts een van de explosielocaties bezocht waar het gas in de pijplijnen deelnam aan de explosie, wat de indruk wekt dat een grote explosieve lading is gebruikt.”
Als ik Brodsky vraag waarom een dader tot twee keer toe de A-pijplijn van Nord Stream II zou willen opblazen, glimlacht hij voor hij antwoordt: “Dat is een andere ontdekking die we hebben gedaan. Het kompas van onze onderwaterdrone gaf in de buurt van waar de tweede aanslag op de A-pijplijn van Nord Stream II plaatsvond een tegengestelde koers aan. Er is op die plek een storend magnetisch veld en dat kan ook bij de duikers die de explosieven plaatsten tot verwarring hebben geleid. Waarschijnlijk is de A-pijplijn van Nord Stream II per ongeluk tweemaal opgeblazen.”
“Maar dat,” merk ik op, “betekent dat jullie nu uitgaan van duikers die de explosieve ladingen hebben geplaatst, niet van de inzet van onderwatervoertuigen.”
“Wij kunnen onmogelijk definitieve conclusies trekken,” antwoordt Brodsky, “maar op basis van ons beeldmateriaal geven experts aan dat de kans groot is dat de explosieve ladingen zijn aangebracht door minimaal ondersteunde, gehaaste duikers die niet lang op een diepte van tachtig meter konden blijven. Er is geen gebruik gemaakt van speciale ladingen die specifieke schade veroorzaken, maar er zijn slabs of explosives tegen of naast de pijplijnen ingegraven. Daarnaast hebben we dicht bij de tweede explosielocatie van de A-pijplijn van Nord Stream II een duiklaars gevonden – en gefotografeerd. Experts hebben aangegeven dat het mogelijk is dat een duiker juist op die diepte een laars verliest, zeker als zij of hij gehaast is, maar, eerlijk is eerlijk, die laars, die door westerse militairen wordt gebruikt maar die ook commercieel verkrijgbaar is, kan op allerlei manieren daar zijn beland.”
De voorlopige conclusie van het Baltic Explorerteam is dat een klein team van duikers eenvoudige explosieve ladingen onder alle vier de pijplijnen ingroeven of ernaast plaatste. Per ongeluk is tweemaal een lading onder de A-pijplijn van Nord Stream II ingegraven. Wat de reden is voor de verschillende tijdstippen van de detonaties blijft gissen.
Brodsky legt uit dat de experts die zijn team sprak overwegend aangeven dat het opblazen van een pijplijn op een diepte van tachtig meter weliswaar geen alledaags werk is, maar dat veel duikers in staat zijn een dergelijke klus te klaren, maar, stelt hij, het is wel aannemelijk dat een overheid of overheden op de een of andere manier betrokken zijn geweest.
Hij merkt op dat “we niet moeten vergeten dat de Baltische Zee vanuit zowel het water als vanuit de lucht een van de meest gemonitorde zeeën ter wereld is. Elk geluid van een motor wordt onderkend en herkend. Schepen kunnen zich niet under the radar bewegen en de kans is groot dat vooral de Amerikanen en de Zweden precies weten wélk schip zich op wélk tijdstip wáár bevond, wat dan weer de kans verkleint dat voor het plaatsen van de explosieven gebruik is gemaakt van onderwatervoertuigen. Ook die voertuigen geven op basis van het geluid dat ze maken een fingerprint af.”
Begin juni 2023 publiceert de Washington Post dat Amerikaanse inlichtingendiensten al drie maanden voor de aanslagen op de hoogte waren van plannen die het Oekraïense leger zou hebben gehad om de Nord Streampijplijnen te saboteren. Een team van zes duikers zou voor de sabotage worden ingezet. De duikers zouden rapporteren aan de hoogste Oekraïense officier, generaal Valerii Zaluzhnyi, en president Zelensky zou buiten schot worden gehouden.
Het Duitse dagblad Die Zeit meldt dat de CIA Oekraïne maande om de sabotage niet uit te voeren. “De waarheid rond de aanslagen op Nord Stream I en II,” stelt Brodsky stellig, “is bekend bij een aantal overheden. Die waarheid is van de bodem van de Baltische Zee gevist en is te vinden in de data van de geavanceerde onderwaterbewakingsapparatuur van voornamelijk de Amerikanen en de Zweden. Maar gezien de geopolitieke implicaties zal die waarheid niet snel worden prijsgegeven.”
De kans dat Rusland verantwoordelijk is voor de aanslagen is klein, concludeert Brodsky, hoewel er wel degelijk redenen te bedenken zijn voor Rusland om die aanslagen te hebben gepleegd. Zo zou de aanslag een intimidatie-actie van de kant van Poetin kunnen zijn geweest. Daarnaast, legt Brodsky uit, speelt er mogelijk een verzekeringskwestie voor niet-geleverd gas, die Poetin nu met een force majeure-argument kan ontlopen. De grootste verdachte blijft echter Oekraïne met de mogelijke steun of toestemming van de VS. De kans dat Oekraïne handelde zonder westerse steun is klein. Daarnaast kan volgens Brodsky niet worden uitgesloten dat de aanslagen het werk zijn van een team dat niet direct aan een overheid is gelieerd, maar hij gelooft nog steeds dat de aanslagen door een overheid werden ondersteund.
Brodsky sprak de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties toe op voordracht van onafhankelijk journalist Bryce Green, die op zijn beurt was voorgedragen door Dmitry Polyanskiy, plaatsvervangend permanent vertegenwoordiger van de Russische Federatie bij de Verenigde Naties. Brodsky twijfelt of zijn toespraak bij de Veiligheidsraad iets op zal leveren; de Verenigde Staten en de meeste Europese bondgenoten geven aan niet bereid te zijn om te stemmen voor een door de VN gesteund onpartijdig onderzoek. Op dit moment vindt onderzoek plaats door de nationale autoriteiten van de drie Scandinavische landen. Het Baltic Explorer-onderzoek heeft tot nu toe een aantal onbekende invalshoeken prijsgegeven waarop professionals voort kunnen bouwen. Brodsky zelf geeft zijn onderzoek voorlopig niet op en geeft aan dat hij deels gebaseerd op de resultaten van het onderzoek met de Baltic Explorer, meer invalshoeken bekijkt om de daders alsnog te ontmaskeren.
https://press.un.org/en/2023/sc15351.doc.htm
Als Brodsky en ik afscheid van elkaar nemen, knipoogt hij en bedankt hij me voor mijn interesse in het grootste geopolitieke mysterie van de eeuw.