Ontslagen kabinetten blijven wetten doorvoeren
💨
Rutte: “Ik heb er grote lol in, dus ik blijf dit doen”
Rutte: “Ik heb er grote lol in, dus ik blijf dit doen”
Datum: 7 augustus 2023
Mens en Macht
Danielle van Wallinga
Stichting Wobteam heeft een analyse van 4000 wetsvoorstellen in de afgelopen vijftien jaar uitgevoerd en kwam tot een opmerkelijke observatie: kabinetten in demissionaire status hebben net zoveel wetswijzigingen en wetsvoorstellen gedaan als kabinetten in functie. “Een ontslagen kabinet dendert op volle kracht door”, aldus data-analist Wouter Aukema.
Aukema staat met zijn e-mailadres geregistreerd bij de website internetconsultatie.nl en krijgt zodoende automatisch een melding van de nieuwste wetsvoorstellen die in de Tweede Kamer worden behandeld. Na de val van het kabinet Rutte IV, op 7 juli, bleven er e-mails binnenstromen van de overheidssite. Het was voor de data-analist de aanleiding om samen met zes andere leden van het Wobteam – Wob is de afkorting van ‘Wet openbaarheid bestuur’ – nader in de materie te duiken. “Normaal gesproken krijg ik één melding per dag”, vertelt Aukema aan De Andere Krant. “Sinds de val van het kabinet waren dat er ineens negen tegelijk. Wij vonden het de moeite waard dit nader te bekijken, aangezien het kabinet haar ontslag heeft aangeboden.”
Uit de analyse, waarin de onderzoekers inzoomden op de afgelopen vijftien jaar, blijkt dat kabinetten in demissionaire staat net zoveel wetsvoorstellen indienden als missionaire kabinetten. Een kabinet is demissionair als het ontslag heeft gevraagd bij de Koning(in), maar dit nog niet heeft gekregen. Het gevallen kabinet handelt de lopende zaken af en laat alle controversiële wetsvoorstellen en -wijzigingen aan de volgende regering over, zo luidt althans de theorie.
In de laatste vijftien jaar waren de volgende regeringen demissionair: Balkende IV (van 20 februari tot 14 oktober 2010), Rutte I (23 april tot 5 november 2012), Rutte II (14 maart tot 26 oktober 2017), Rutte III (15 januari 2021 tot 10 januari 2022) en nu Rutte IV, demissionair sinds 7 juli. Het afgetreden kabinet Rutte III (2017-2022) diende in 2021 méér wetsvoorstellen in dan gemiddeld alle jaren daarvoor, met uitzondering van 2020, zo ontdekten de onderzoekers. Daarbij moet aangetekend worden dat dit kabinet het langst demissionair was van alle kabinetten sinds de Tweede Wereldoorlog, 360 dagen.
Het Wobteam constateerde dat het niet alleen om normale wetten, maar ook om wijzigingen van de grondwet gaat. Dat is een proces dat normaal gesproken lang duurt, omdat een wijziging van de grondwet in tenminste twee verschillende Tweede Kamers moet worden behandeld. “De enige manier om dat proces te versnellen is de vroegtijdige val van een kabinet en dus tussentijdse verkiezingen. Van alle voorstellen in de afgelopen vijftien jaar die betrekking hebben op de grondwet, werd 50 procent ingediend tijdens een demissionair kabinet en in de afgelopen 3,5 jaar”, aldus Aukema. Een voorbeeld daarvan is de verandering in de Grondwet van de bepaling inzake de onschendbaarheid van het brief-, telefoon- en telegraafgeheim, een door Rutte zelf ingediend voorstel dat voor meer privacy van de burger lijkt te zorgen.
Er hoeven volgens de data-analist niet per se negatieve conclusies verbonden te worden aan de analyse. De leden van het Woteam houden zichzelf in het openbaar afzijdig van conclusies. “Ons doel is met observaties de besluitvorming inzichtelijk te maken.” Een interessante vraag volgens Aukema om mee verder te gaan voor politiek en media, is: “Wat betekent dit voor de wetgevende rol van de Tweede Kamer? Als je kijkt hoeveel wetsvoorstellen Kamerleden hebben ingediend, lijkt die rol klein.” Vanuit de reguliere media is er vooralsnog weinig aandacht voor het onderzoek.
Wat Aukema verder opmerkelijk vindt, is dat weinig wetsvoorstellen controversieel worden verklaard, minder dan 1 procent na ontslag van een kabinet. Als dat gebeurt, wordt de behandeling van een wet uitgesteld totdat een nieuw kabinet is aangetreden of de Kamer tussentijds anders besluit. Bij vorige kabinetscrises gebeurde dit controversieel verklaren binnen twee weken na ontslag van het kabinet, anno 2023 is dat uitgesteld tot 7 september. Tot die datum is dus geen enkel onderwerp controversieel verklaard, concludeert het Wobteam. Werden in 2017 nog 39 wetsvoorstellen controversieel verklaard en de behandeling daarmee ‘on hold’ gezet, in 2021 waren dit er nog maar 22 (7,3 procent van alle voorstellen).
Demissionair minister-president Mark Rutte is zich ervan bewust dat hij in afgetreden staat nog steeds veel macht heeft. Twee jaar geleden zei hij na de val van het kabinet Rutte III: “U kunt ons niet meer wegsturen als kabinet, dus strikt genomen hebben we nu meer macht dan voor vorige week vrijdag, zou je gek genoeg kunnen zeggen.” Op 14 juli zei hij: “Het kan in principe overigens jaren duren, ik waarschuw alvast. Ik heb er grote lol in, dus ik blijf dit doen zolang ik demissionair premier ben.”
Voorbeelden van wetsvoorstellen
Er zijn na de val van het kabinet Rutte IV op 7 juli in elk geval negen wetsvoorstellen ingediend. Een paar voorbeelden: de tijdelijke wet opvang ontheemden, dat de tijdelijke in werking gestelde noodwettelijke artikelen 2c en 4 Wet verplaatsing bevolking vervangt. Op grond hiervan is de taak om Oekraïense ontheemden op te vangen neergelegd bij de gemeenten, in plaats van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). Dilan Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid, diende op 11 juli een voorstel in Wijziging Politiewet 2012, die gaat over de bewapening en uitrusting van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s). Het derde voorstel is de regeling meertalige kinderopvang. Dit wetsvoorstel maakt het mogelijk dagopvang voor kinderen – voor maximaal 50 procent van de dagelijkse opvangtijd – in het Duits, Engels of Frans aan te bieden.
Wil je meer weten?
Wil je meer weten?